Een diakonaal tweeluik: de voormalige en huidige penningmeester

Frans van Nes is per 1 januari 2025 gestopt als penningmeester van de Diakonie De Bron. Zijn opvolger is een bekend gezicht van De Bron: Jelle Kooistra. Hieronder leest u een kort interview met hen.
Frans komt sinds 2007 – het jaar waarin hij met zijn gezin in Beijum is komen wonen – in De Bron. ‘De Bron was de dichtstbijzijnde PKN-gemeente en het lag dus voor de hand dat we daar belandden. Het was een tamelijk grote overgang van een grote binnenstadsgemeente in Leiden naar een kleine buitenwijkgemeente waar iedereen elkaar kende.’ Voor Jelle en Agnes begon het wat eerder. ‘Wij zijn sinds 1987 lid van de wijkgemeente.

Er werd toen nog gekerkt in de Beijumkorf. Toen wij een paar maanden in Beijum woonden kregen we een welkomstbezoek namens de wijkgemeente en werden we ook uitgenodigd om eens op zondagmorgen een dienst te bezoeken. Na een tijdje hebben we dat inderdaad gedaan en geleidelijk aan werden we wat actief. Ik ben rond de eeuwwisseling al eens twee perioden van vier jaar diaken geweest en daarna nog eens acht jaar tot de zomer van vorig jaar. Eigenlijk is de diakonale taak van de kerk en de diakonale zorg door de kerk wat mij betreft één van de belangrijkste taken van de kerk, zo niet de belangrijkste. Daarbij vind ik het diakonale werk erg leuk om te doen, dus dan is één en één gewoon twee.’ Frans werd gevraagd als penningmeester, omdat hij eens een kascontrole had gedaan voor de wijkgemeente. ‘Misschien had ik me laten ontvallen dat mijn vader assistent-accountant was. Hoe dan ook, op een bepaald moment ben je gewoon aan de beurt om wat tijd te investeren in iets wat je belangrijk vindt. Wie daar niet toe bereid is, moet ook niet klagen dat dingen verloren gaan. En ja, ik vind het belangrijk dat er een kerk is, en dat die diakonale activiteiten uitvoert. Penningmeester was niet zozeer een bewuste keuze. Het moet gewoon gebeuren. En ik ben niet bang voor cijfers, al houd ik me in het dagelijks leven juist met taal bezig; ik ben vertaler. Het penningmeesterschap speelt zich ook een beetje achter de coulissen af, dat vind ik ook wel fijn. Ik koester mijn plekje aan de zijlijn, ik hoor als kind uit een gemengd huwelijk officieel niet eens bij een kerkgenootschap. Ik ben even protestants als ik katholiek ben. Na een jaar of acht is het ook wel prima om de taak over te geven.’ Jelle vult aan: Mijn periode als diaken zat er op toen Frans vertelde te willen stoppen, en ik wilde die taak wel vervullen. Als penningmeester van de diakonie blijf ik indirect toch nog wat diakonaal actief binnen onze wijkgemeente en bovendien heb ik wel wat met financiën en cijfertjes.’ Jelle is in de afgelopen 8 jaar van zijn laatste diakenschap namens De Bron ook lid van het stedelijke College van Diakenen geweest. Als diaken heb ik mogen meemaken dat er grote veranderingen in gang zijn gezet om het diakonale gezicht van de kerk in de stad veel zichtbaarder te maken door allerlei initiatieven te ondersteunen en andere zelf te ontplooien. Diakonaat elders in de wereld is belangrijk en dat geldt ook voor diakonaat dicht bij huis. Dat wat er diakonaal op je pad komt, is op dat moment het belangrijkste. Vanuit De Bron helpen we de Voedselbank de laatste jaren met het inzamelen van goederen bij Albert Heijn in de periode vóór kerst. Voor mij persoonlijk is dat altijd een feest om te doen. Je vraagt mensen om wat extra's te kopen voor de Voedselbank. Sommige mensen kunnen zich slechts een doosje thee veroorloven, anderen komen met een halve kar vol boodschappen aanzetten. Beide zijn wat mij betreft even waardevol. Aan het einde van zo'n dag maken we de Voedselbank blij met een hele voorraad gevulde kratten waarmee allerlei gezinnen geholpen kunnen worden. Geweldig om mee te maken. Ik heb al die jaren in de werkgroep Diakonie als echt heel prettig ervaren. Het is een heel prettige werkgroep om deel van uit te maken. In het verleden heb ik geleerd (van Grace Molegraaf, toentertijd voorzitter van de werkgroep diakonaat) dat we als vrijwilligers in de kerk actief zijn. Dat betekent dat je weliswaar een soort van verplichtingen aangaat, maar – anders dan bij een baan – kan het ook zo zijn dat je soms even ergens niet aan toe kunt komen en dat je daar dan ook niet op afgerekend moet worden.’ Volgens Frans is het heel belangrijk de kerk aanwezig te laten zijn in de wereld. ‘Kerkgangers maken met hun bijdragen op heel veel plekken in de wereld het verschil. Ook dicht bij huis trouwens. Waar overheden burgers steeds meer aan hun lot overlaten, is de kerk eigenlijk belangrijker dan ooit. Gelukkig kunnen en willen veel kerkgangers wat missen.’ Hij merkt daarbij op dat de banken de mogelijkheden om muntgeld af te dragen steeds verder hebben ingeperkt, terwijl ze voor hun beperktere dienstverlening alsmaar meer geld vragen. ‘De eenvoudigste manier om geld te geven is inmiddels noodgedwongen verleden tijd geworden. De maatschappij wordt steeds ingewikkelder. Niet alleen voor een penningmeester, die in plaats van een zakje met geld een lange lijst bijschrijvingen voor zijn neus krijgt, maar ook voor een gewoon kerklid, die om wat te geven nu online moet zijn, een opgeladen telefoon moet hebben en bereid moet zijn wat extra tijd in zijn gift te investeren. Makkelijk is het niet meer om geld te geven, maar het blijft wel nodig. En tegelijkertijd kun je ook voor mooie ervaringen bij de kerk terecht. In de dienst, bij een mooi lied of een rake tekst!’
Frans en Jelle, heel hartelijk bedankt voor jullie inzet in onze wijkgemeente.
Namens de werkgroep Diakonie, Christian Hulzebos